zaterdag 19 juni 2010

What I am

Ik heb het gevoel dat het een raar en moeilijk jaar aan het worden is. Nu, dat zeg ik eigenlijk wel elk jaar, maar toch is het nu echt een raar en moeilijk jaar aan het worden. Ik heb er eigenlijk niet echt bij stilgestaan waarom, maar bij het lezen van het boek van Richard Wolffe over de verkiezingsstrijd van Barack Obama tot president viel ineens mijn euro. In het boek gaat het over dat Barack Obama op een bepaald moment toen hij begin twintig was zich compleet afzonderde van de rest om op zoek te gaan naar zijn eigen identiteit. Hij leefde in een soort van isolement om zichzelf te herbronnen en te definiëren. En nadat hij dit proces heeft ondergaan, kon hij de wijde wereld aan.

Ik heb daar een beetje over nagedacht en ik vermoed dat er bij mezelf een zelfde stroming aanwezig is. Die stroming is eigenlijk sinds mijn tienerjaren altijd aanwezig geweest, maar toch brak die zoektocht naar mijn identiteit nooit echt door. Waardoor er natuurlijk ook nooit bevredigende antwoorden kwamen en de stroming als een eb en vloed terugtrok. Maar toen ik de school verliet en begon te werken, kwam dat proces terug in een stroomversnelling terecht. Ik weet eigenlijk niet waarom precies, maar ik denk dat het gewoon de omstandigheden waren die mij ertoe dwongen om mezelf in vraag te stellen. Er was een eerste rampzalige werkervaring die mij diep raakte. Er was het feit dat ik de connectie met de rest van de familie verloor en weigerde nog langer inspanningen te doen. Er was het lage zelfvertrouwen en de twijfel over de toekomst. Toen vond ik een tweede werkplaats en daarin groeide ik in mijn werk en rol, maar ook het dragen van die verantwoordelijkheden en de stress dwongen mij na een tijd tot een introspectie.

Die introspectie had rampzalige gevolgen met een depressie en woede-uitbarsting tot gevolg, maar dat had op zijn beurt dan weer als voordeel dat er hulp kwam en nadien zelfs een diagnose van autisme en Asperger. Ineens werd gans de introspectie in het licht van die diagnose gehouden en legde ik mijn identiteit uit aan de hand van de diagnose. Maar ik denk dat er zich onbewust een tegenstroom ontwikkelde die mij eraan herinnerde dat mijn identiteit niet tot autisme mag en kan gereduceerd worden. En dat heeft een hele tijd onbewust in mijn onderste geleefd, maar ik heb de indruk dat dit nu dit jaar naar boven komt. Ik moest eigenlijk eerst over de horde van autisme en eenmaal die genomen was, zag ik dat er nu nog meerdere hordes te nemen zijn.

En terug waren er de omstandigheden die mij tot een nieuwe introspectie dwongen. Namelijk het kantoor waar ik werkte werd volledig geherstructureerd en ik begon mij vragen te stellen naar mijn rol in dat nieuwe kantoor. Het management wou mij naar boven trekken, maar ik begon te twijfelen en begon mezelf in vraag te stellen. Eerst ging dat echt over mijn rol op het werk, maar ik denk dat dit zich langzaamaan ook doortrok naar alle andere terreinen van mijn leven. Ik begon mij echt af te vragen waar ik stond in het leven, waar ik naartoe wou, waarvoor ik eigenlijk stond, waarvoor ik wou staan, …. Alleen kwamen en komen er maar geen antwoorden of zijn ze niet bevredigend. En dat maakt dat het echt een raar en moeilijk jaar is en aan het worden is.

Op werkgebied heeft dit dat al tot rare sprongen geleid. Ik weet totaal niet welke rol ik in het kantoor wil nemen. Ik ben op de rem gesprongen en heb toen die brief gestuurd met de melding dat ik autisme had. Nu twee maand later denk ik vooral dat de onderliggende boodschap van die brief was dat ik die stap omhoog niet wil maken. Maar aan de andere kant heeft die brief ook voor geen bevredigend antwoord gezorgd. Ik blijf mezelf en mijn rol in het kantoor in twijfel stellen en weet totaal niet welke richting ik uit wil. Dat zorgt er ook voor dat er onbewust een afstand is ontstaan tussen mij en de rest van de collega’s. Het zijn rare sprongen en mijn collega vroeg mij dan ook deze week wat er scheelde en of alles ok is, omdat ze aanvoelde dat er een rare situatie was ontstaan.

Als ik kijk naar familiaal gebied, dan heeft het boek over Obama mij terug wat wijzer gemaakt. In het boek vertelt Michelle Obama over hoe zij eigenlijk in de schaduw van haar oudere broer leefde en hard haar best deed om toch maar zo goed als hem te zijn. Ik vermoed dat hetzelfde mij is overgekomen. Ik leefde eigenlijk voortdurend in de schaduw van mijn oudere broers. Alle aandacht ging naar hen, zij werden serieus genomen, naar hen werd er geluisterd, zij hadden invloed op mijn ouders, …. En op den duur sta je zodanig in de schaduw, dat je uw eigen schaduw niet meer ziet. Het feit dat ik niet weet wie ik ben en wat mijn identiteit is, heeft te maken met het feit dat ik mezelf teveel spiegelde aan hen en mij ergerde aan hun verwaandheid en arrogantie. Ik denk dat iedereen die in de schaduw van iemand anders moet leven perfect weet wat voor gevolgen dit heeft. Ik heb dan ook het gevoel dat het zoeken van mijn identiteit voor een deel zijn antwoord vindt in het weten hoe ik uit die schaduw ontsnap.

Ik heb het gevoel dat die zoektocht naar een eigen identiteit ervoor zorgt dat ik zo vaak depressief ben, dat ik geen antwoorden vind op mijn vragen over de toekomst, dat ik te weinig zelfvertrouwen heb, dat ik te vaak een vat vol tegenstrijdigheden ben, dat ik niet gelukkig kan zijn. Jezelf leren kennen en begrijpen is iets wat mij ontzettend bezig houdt en wat ik ontzettend belangrijk vind. Als de antwoorden dan uitblijven of onbevredigend zijn, dan is dit een ontzettend moeilijke zoektocht. Mijn diagnose heeft wel voor een stuk antwoorden en bevredigende antwoorden gezorgd, maar zoals gezegd, je mag je eigen identiteit niet beperken tot autisme alleen. Ik moet nu naar een hoger niveau gaan en heb ik het gevoel dat dit jaar aan het gebeuren is. Wat maakt dat het dus een raar en moeilijk jaar is en de kans is groot dat ik op het einde van het jaar nog even ver staat dan in het begin van het jaar. Maar misschien zorgt het denken wel voor een kiem die de volgende jaren toch tot bloei kan komen.

donderdag 3 juni 2010

Moodswing baby

Het zonnetje schijnt, het wordt aangenaam warm, iedereen komt buiten. En iedereen is blij en gelukkig en hoopt dat er nog zo vele dagen mogen volgen. Ik daarentegen onderga weer de zoveelste depressieve bui. Het was ontzettend lang geleden, maar zondag heb ik nog eens een huilbui gehad. Een gevolg van vele dingen. Voornamelijk van stress natuurlijk. Deze zorgt er al jaren voor dat ik braakneigingen heb ’s morgens, maar de laatste tijd worden ze erger, komt het vaker tot echt overgeven en komt dit fenomeen niet alleen maar ’s morgens meer voor, maar nu ook gedurende de hele dag. Daarbij beland ik in een vicieuze cirkel, want de angst voor een volgende braakbui zorgt natuurlijk ook daadwerkelijk voor een braakbui. Al datgene heeft er voor gezorgd dat mijn keel terug ontstoken is en dat er weer een rondje antibiotica is tegenaan gegooid. De dokter raadde mij ook aan, gezien mijn autisme en mijn aard tot bezorgdheid, om terug een weekje rust te nemen. Helaas wist ik dat ik me alleen maar zorgen zou maken over het werk en vermits ik nog maar pas ziek ben geweest en binnen twee weken toch op verlof ga, had ik besloten om toch maar te gaan. Maar dinsdag heb ik beslist om vandaag en morgen overuren op te nemen en daadwerkelijk te rusten.

Stress en overbezorgdheid over alles en iedereen ligt natuurlijk aan de basis van het probleem. Maar met de huilbui besef ik ook dat ik terug in een depressief dipje (of hoogtepunt?) zit. Ik besef dan ook dat ik eigenlijk al jaren, teruggaand tot mijn kindertijd, met hetzelfde gevoel zit: namelijk het feit dat ik hartsgrondig ongelukkig ben. En daar heeft een diagnose Asperger niets aan veranderd. Natuurlijk doorloop je de ontkennings- en de aanvaardingsfase, maar ook na die laatste fase besef je dat een diagnose of label geen oplossing biedt voor het ongelukkig zijn. Je weet wel wat de oorzaak is voor de problemen en wat het allemaal heeft veroorzaakt, maar daarmee zijn de problemen niet weg.

Ik denk dat één van de grote redenen voor het ongelukkig zijn ligt in het feit dat ik geen duidelijk toekomstbeeld heb. Dat maakt alles onzeker. Je twijfelt ook voortdurend aan jezelf, je denkt vaak aan de problemen waarmee je geconfronteerd wordt, je hebt het gevoel dat je maar wat aanmoddert en dat het allemaal zinloos is. Er is geen perspectief en je hebt het gevoel dat je niet in het concept leven slaagt. Aan de andere kant weet ik ook dat een duidelijk toekomstbeeld ook niet ideaal is voor mezelf, omdat dat veel stress met zich meebrengt om dat toekomstbeeld toch maar te behalen. Ik weet dat ik nogal perfectionistisch ben ingesteld en dat dit geen zegen is. Ik weet ook dat ik nog teveel het leven voorstel als een Disney-verhaal en dat mijn verwachtingen vaak gewoonweg te hoog liggen. En dan is de kans op falen natuurlijk groter, wat mijn laag zelfbeeld en zelfvertrouwen ook wederom niet ten goede komt.

Daarnaast leef ik ook al mijn hele leven lang in angst. En angst is een slechte raadgever. Maar het is ontzettend moeilijk om de angst te doorbreken. Er is angst voor alles en iedereen en dat maakt me ook ontzettend ongelukkig. Ik raak hier echt niet uit de vicieuze cirkel. Een pessimistische ingesteldheid speelt daar ook een grote rol in. Ik zie vaak echt geen uitweg. Terwijl het vaak uiteindelijk wel meevalt. Maar een leven in angst is echt geen leven. Bovendien weet ik ook al dat geneesmiddelen niet de juiste oplossing zijn en dat ik veel te gesloten ben om via psychologen een oplossing te vinden. Het drijft me dan ook op regelmatige tijdstippen in de wanhoop. De huilbui van zondag was daar een typische uiting van.

Er is ondertussen niet veel dat mij deze dagen echt kan boeien. Ik heb last van een reader’s block, ik ben vaak te verstrooid of te vermoeid om mij te laten boeien door een televisieserie of film, er is niemand die mijn leven op sleeptouw kan nemen, …. Maar ik ben een moodswing baby en weet dat binnen een week mijn depressieve bui weer over kan zijn en dat ik weer ontzettend moet lachen met grappige dingen en dat ik mezelf weer verlies in een boek of zo. That’s my life. Ideaal of plezant is het niet, maar het is mijn realiteit.